Dividend uitkeren in 2023

Belastingheffing bij dividenduitkeringen

De bv en de dga hebben met verschillende belastingen te maken. Als een dga de behaalde winst in de bv als dividend wil uitkeren naar privé, moet hij rekening houden met al deze belastingen. Over de behaalde winst betaalt de bv eerst vennootschapsbelasting. Het restant van de winst kan aan de winstreserves van de vennootschap worden toegevoegd, maar kan ook (onder voorwaarden) als dividend aan de aandeelhouder(s) worden uitgekeerd. Kiest uw bv ervoor om dividend uit te keren? Dan moet uw bv op deze dividenduitkering dividendbelasting inhouden en afdragen aan de Belastingdienst. In privé bent u als dga in box 2 inkomstenbelasting (aanmerkelijkbelangheffing) over de dividenduitkering verschuldigd. De door de bv ingehouden en betaalde dividendbelasting mag de dga verrekenen met de te betalen inkomstenbelasting. De dividendbelasting is namelijk een voorheffing van de inkomstenbelasting. Per saldo betaalt de dga in de inkomstenbelasting dus een aanvullend belastingbedrag bovenop de al ingehouden dividendbelasting.

Voorbeeld van de belastingheffing op dividenduitkeringen (tarieven 2023)

X houdt 100% van de aandelen in BV Y. In 2023 behaalt de bv een winst van € 100.000. Over deze winst is de bv in 2023 19% procent vennootschapsbelasting verschuldigd. Dit is een bedrag van € 19.000. Het restant van de winst, een bedrag van € 81.000, wordt als dividend uitgekeerd aan de dga. De bv houdt 15% dividendbelasting in op de uitkering van € 81.000, gelijk aan een bedrag van € 12.150. In de inkomstenbelasting is de dga 26,9% box 2-belasting verschuldigd over het uitgekeerde dividend. Dit komt neer op € 21.789. De door de bv al ingehouden dividendbelasting mag hiermee worden verrekend. Per saldo betaalt de dga in de inkomstenbelasting dus aanvullend € 9.639 (€ 21.789 – € 12.150). De totale belastingdruk bedraagt dan € 19.000 + € 12.150 + € 9.639, dus € 40.789. Van de oorspronkelijke winst van € 100.000 in de bv houdt de dga bij een dividenduitkering in privé dan € 59.211 over.

Wijzigende tarieven in de vennootschapsbelasting en de inkomstenbelasting

In 2023 is het tarief in de eerste schijf gestegen van 15% naar 19%.

Het belastbare bedrag waarvoor de eerste schijf geldt, is verlaagd van € 395.000 naar € 200.000. Het tarief in de tweede schijf (voor belastbare bedragen hoger dan € 200.000) is 25,8% gebleven.

Het aanmerkelijkbelangtarief (box 2-tarief) in de inkomstenbelasting blijft in 2023 – net als in 2022 – 26,9%. Er zijn plannen om in 2024 het aanmerkelijkbelangtarief te wijzigen. Over de eerste € 67.000 geldt een tarief van 24,5% en over het meerdere een tarief van 31%.

Een overzicht van de wijzigingen:

Belastbaar bedrag vanaf Belastbaar bedrag t/m Percentage 2022
€ 0 € 395.000 15%
€ 395.001 25,8%

 

Belastbaar  bedrag vanaf Belastbaar  bedrag t/m Percentage 2023
€ 0 € 200.000 19%
€ 200.001 25,8%

Coronacrisis en dividend

Is uw bv getroffen door de coronacrisis en heeft de bv gebruikgemaakt van één of meer van de steunmaatregelen? Houd er dan rekening mee dat bij sommige van deze regelingen een voorwaarde voor steun is dat de bv geen dividenduitkeringen doet. Wordt er toch dividend uitgekeerd? Dan moet de bv in bepaalde gevallen het steunbedrag gedeeltelijk of volledig terugbetalen. Laat dit toetsen door een specialist als u overweegt om vanuit uw bv een dividenduitkering te doen.