De vergoedingsbedragen voor verblijfskosten tijdens dienstreizen in het binnenland zijn per 1 januari 2024 gewijzigd. Werkgevers mogen onder voorwaarden aansluiten bij de vergoedingen uit CAO Rijk.
Voor de onkostenvergoedingen voor een werknemer die op dienstreis gaat in het binnen- of buitenland mag een werkgever aansluiten bij de vergoedingen uit CAO Rijk. Het is daarbij belangrijk dat de uitgaven van een werknemer vergelijkbaar zijn met die van ambtenaren op dienstreis.
Onderdeel van de dienstreis | Vergoeding CAO Rijk | Onbelast vergoed | Belast |
Kleine uitgaven overdag | € 6,64 | € 5,93 | € 0,71 |
Uitgaven ’s avonds | € 19,82 | € 11,86 | € 7,96 |
Ontbijt | € 13,88 | € 13,88 | € 0,00 |
Lunch | € 20,32 | € 11,88 | € 8,44 |
Avondmaaltijd | € 30,74 | € 29,82 | € 0,92 |
Logies | € 142,10 | € 140,57 | € 1,53 |
Voor 2024 kan de werkgever voor binnenlandse dienstreizen maximaal de volgende bedragen voor verblijfskosten (gericht vrijgesteld) vergoeden:
Let op maximale bedrag voor gerichte vrijstelling
In de kolom ‘onbelast vergoed’ staan de maximale bedragen die de werkgever gericht vrijgesteld kan vergoeden en die gelden voor alle werkgevers. Deze zijn lager dan de normbedragen die in CAO Rijk (paragraaf 10.2) genoemd worden, zie de kolom ‘vergoeding CAO Rijk’ in de tabel hierboven. Als de werkgever meer vergoedt dan het bedrag in de kolom ‘onbelast vergoed’, kan hij het bovenmatige deel van de vergoeding tot het loon van zijn werknemer rekenen of als eindheffingsloon aanwijzen en in de vrije ruimte onderbrengen.
Voor buitenlandse reizen zijn verblijfskosten gericht vrijgesteld
Per 2024 gelden er ook nieuwe bedragen voor de vergoeding die werknemers kunnen krijgen voor uitgaven tijdens een buitenlandse dienstreis. De hoogte van de gerichte vrijstelling voor de kosten voor logies, maaltijden en andere uitgaven tijdens de dienstreis, hangt dan af van het land. Werkgevers kunnen hiervoor onder voorwaarden de tarieven uit de CAO Rijk volgen.